Het in 't licht verschynen van de beide echte aftekeningen des koffers,doormiddel van 't welk de beroemde Hugo de Groot, het bange Loevesteinontkomen, en welk Vaderlandsch Gedenkstuk thans berustende is, onder denHeer, Mr. Jacob Klinkhamer, heeft ons aanleiding gegeeven tot hetvervaardigen van deeze weinige bladen, bevattende alle de voornaamstelevensgebeurtenissen van den gemelden grooten Staats- en Letterheld: wyhebben de Dichters te hulp geroepen om onzen styl te veraangenaamen, enlaaten ons voorstaan geene zaaken van belang overgeslagen, en tevens denietsbetekenende kleinigheden vermeld te hebben; indien dit bevondenwordt zodanig te zyn, hebben wy hoop dat onze arbeid goedkeuring zalverwerven, want by veelen is het leven van onzen Hugo als, aangestipt,terwyl anderen er een zwaar boekdeel van gemaakt hebben.
De tydsomstandigheden welken wy belevenen, hebben ons byna op iederregel de voorzichtigheid voorgepredikt; wy hebben ons bepaald tot hetgeeven van een beknopt verbaal van 't gebeurde, zonder over het gebeurdete oordeelen; hier en daar hebben wy den Lezer op den weg gebragt, enhem dan aan zyne eigene krachten overgelaaten;——wy hoopen dat zulksgoedgekeurd zal voor den:—men geloove echter niet dat wy om die redenonzen naam verzweegen hebben; wy schaamen ons denzelven niet, ook nietde gevoelens welken wy over den tyd van den grooten Hugo, zo min alsdie welken wy over onzen tyd koesteren; geenzins; eene reden waarby deLezer geheel geen belang kan hebben, heeft ons tot dat verzwygenverpligt.
Met eene beknopte beschryving van het koffer te geeven, hebben wygemeend den Liefhebberen geenen ondienst te zullen doen? dat diebeschryving zeer juist is, is ons naderhand door den Tekenaar verzekerd,alzo hy zelf alles naauwkeurig opgenomen, en zyne aantekeningen denGraveerder medegedeeld heeft.
Onder het aanzienlyk getal van voornaame mannen, welken, van tyd tottyd, op het tooneel van Nederland hunne rol gespeeld hebben, is Hugode Groot één der uitmuntendsten, en zal, zo lang de Republiek, wierlotgevallen de gantsche wereld zo menigmaal hebben doen verbaazen, zolang Nederland bestaat, in gedachtenisse blyven by hen, die nietonverschillig zyn omtrent her land dat zy bewoonen, en het navorschenvan deszelfs voorledenen en tegenwoordigen staat, voor eene ten hoogstennuttige, niet alleen, maar ook noodige bezigheid houden—zy die gewoonzyn, den ongelukkigen grysaart, den beroemden