[17]
Roma Sacra.

Een weg op Java. Buffelkarren.

Een weg op Java. Buffelkarren.

Batavia, 7 April.

Morgen zullen wij uit Batavia vertrekken. Ik heb bijna den geheelen dag in de stad rondgeloopen, want ik wil het beeld vandeze plaats diep in mijn geheugen prenten. Later zal ik onder den donkeren europeeschen hemel in den winter ’t schitterendvizioen oproepen; dan zal ik de wandeling van vandaag nog eens overdoen en in de gesloten huiskamer, beschut voor den scherpenwind en den ijskouden regen, zal ik het indolente leven van dit schoone land opnieuw genieten.

Een koelie te Batavia.

Een koelie te Batavia.

Ik kom zoo juist na het gewone zware middag-maal uit het hôtel. De straten zijn ledig. De copieuse rijsttafel maakt de Europeanensuf; ieder gaat slapen of rusten in de ruime slaapkamers met een minimum van kleeding. De Maleiers zelf zoeken ook de schaduwen spelen of babbelen, neergehurkt aan den voet der boomen of op de steenen der verlaten galerijen. Een dos-à-dos, het ongemakkelijke,javaansche rijtuigje, voert mij zachtjes aan door de lanen. Hier is het Koningsplein; de groote grasvlakte breidt haar groentapijt uit tot aan de lijn van mooie boomen vóór en rondom het Museum. De huizen zijn in ’t groen verscholen; men ziet maarnauwelijks hier en daar een stukje witten muur of een groot, ingedeukt dak. Zelfs de winkels verbergen bescheiden hun uitstallingenin tuinen aan den weg.

Boven op een begroeiden heuvel ziet men de citadel van prins Frederik met de oude wallen en de steenen bijgebouwen, verscholenweer als een kostbaar sieraad in een étui van groen fluweel. De Tji Liwong slaat er een band omheen van rood oker. Dat riviertje,waarin kokospalmen, zich vooroverbuigend, spiegelen en waar prachtige bamboezuilen naast oprijzen, is zeer ongelijk van stemming.Wanneer de geweldige regens neerstorten op de flanken van den Salak en den Gedeh vullen plotseling de snelvlietende waterende nauwe bedding. Oudtijds werden bij zoo’n aanval de benedenwijken van de stad met slijkerige golven overstroomd; maar thansis ’t grillige riviertje beteugeld en tot rede gebracht; de sluis van pasar Baroe houdt ’t niveau op behoorlijke hoogte; kanalenstellen de Tji Liwong bovendien [18]met de Kali Baroe in gemeenschap en met de Krokot, en een wijde doorgang voert het heftig stroomende water rechtstreeks naarde zee.

Al die kanalen, natuurlijke en kunstmatige waterwegen, loopen door de stad. Dat van Rijswijk wordt ingesloten tusschen tweeroode muren, en ’s avonds gaan de javaansche vrouwen en meisjes er baden. Zij gaan langzaam langs de trappen naar beneden,de sarong, reikend tot onder de armen, bedekt de borst, en als de kabaja eenmaal is afgelegd, komen fijne, ronde schouderste voorschijn en fraaie, gevulde vormen. De Hollanders, die, als de zon onder is, lui langs den weg flaneeren, wijden nietveel aandacht aan het schouwspel, en amusant is het, de tegenstelling op te merken tusschen die wandelaars met hun

...

BU KİTABI OKUMAK İÇİN ÜYE OLUN VEYA GİRİŞ YAPIN!


Sitemize Üyelik ÜCRETSİZDİR!